Wat is personal branding niet?

Marco Hendrikse 20 april 2021 3 min
Categorie: Employer branding

Ik ben de beste. I am the greatest! Wie heeft dit recent nog eens hardop uitgesproken? Bokslegende Muhammad Ali durfde het wel te roepen. En natuurlijk zijn er meer sporters die zichzelf op de borst roffelen. Maar hoe vaak zeg jij het? En behalve af en toe schertsend komt het niet vaak voor hè. Toch denken veel mensen dat personal branding hier om draait. ‘Ik ben de beste’. ‘Kijk eens wat ik allemaal kan’. Ongemakkelijk, maar onvermijdelijk voor iedereen die zich als autoriteit wil profileren. Althans, dat is vaak de indruk. Maar is dit wel zo?

Het merk ik

Laten we eens teruggaan naar de grondlegger van personal branding: managementguru Tom Peters. In 1997 scheef hij het artikel The Brand Called You. Dit artikel wordt als de start van de personal branding-beweging gezien. Peters zag hoe grote merken bekender en bekender werden, terwijl tegelijkertijd de wereld verder individualiseerde. Peters combineerde deze twee gegevens en vond dat het tijd was voor het tijdperk ‘ik’. De persoon als merk. Peters: “To be in business today, our most important job is to be head marketer for the brand called You. . . . You’re not defined by your job title and you’re not confined by your job description. Starting today you are a brand.”

Iedereen is een personal brand

Peters stelt dat iedereen een personal brand is of heeft. Je hebt geen keuze om geen personal brand te zijn. Dus kun je er maar beter voor kiezen om er zelf lading aan te geven, in plaats van dat anderen dat doen. Daar draait het om bij personal branding: je bepaalt zelf welke belofte je doet aan de wereld, aan de markt waarin je actief bent.

Lees ook: 10 recruiters die personal branding echt goed begrepen hebben

Personal branding verkeerd begrepen

Nu, 25 jaar na het verschijnen van dit invloedrijke artikel, geeft Peters aan dat heel veel mensen personal branding verkeerd begrepen hebben. Velen zien het als aanleiding om zichzelf te promoten. Op de borst te kloppen. Roepen hoe speciaal ze zijn. Maar dat is dus helemaal niet de bedoeling volgens Peters. Het gaat erom onderscheidend te zijn. Jezelf onderscheiden op wat je doet en wat je weet. En dat is dus iets heel anders dan roepen dat je de beste bent.

Wat is een personal brand niet?

Daarom in dit artikel aandacht voor wat een personal brand, volgens dezelfde Tom Peters, vooral niet is.

1) Het is niet wat je over jezelf zegt

Peters verwoord dat mooi: Wat je over jezelf zegt valt onder de vrijheid van meningsuiting. Maar wat je over jezelf roept, zegt helemaal niets. Het gaat erom hoe anderen jou zien.

2) Het is niet hoe je jezelf op social media presenteert of hoe populair je daar bent

Natuurlijk kun je jezelf via social media profileren. Sociale media kunnen je personal brand versterken, maar de aanwezigheid zelf kan geen vervanging zijn voor een personal brand.

3) Je kunt er anderen niet om vragen

Je krijgt ‘het’ als anderen vinden dat je het verdient.

4) Je hebt er geen recht op

Een bepaalde functietitel of positie geeft geen recht op een personal brand. Wellicht dat het wel helpt bij het creëren van onderscheidend vermogen.

5) het is geen cadeautje of arbeidsvoorwaarde

Je kunt een personal brand niet cadeau krijgen. Anderen kunnen wel helpen bij het opbouwen van jouw personal brand. Bijvoorbeeld door een aanbeveling te schrijven of jou bij anderen aan te raden.

6) Een personal brand is niet permanent

Eenmaal een personal brand betekent nog niet dat je dat ook blijft. Je zult er hard voor moeten blijven werken. Om het te behouden en om het uit te bouwen.

‘Ik ben de beste’. Niet doen!

Het artikel over personal branding van Peters in 1997 was het startpunt van een hele industrie, een hele reeks aan artikelen, boeken en cursussen. Niet iedereen heeft echter de essentie van personal branding (goed) begrepen. Het draait allemaal om onderscheidend vermogen. Waarom moeten mensen vooral jou hebben in een specifieke situatie? Dat is iets heel anders dan roepen dat je de beste bent. Dat is echt voorbehouden aan de allergrootsten. Muhammad Ali, anyone?

>