Met het afspiegelingsbeginsel wordt de volgorde bepaald waarin werknemers mogen worden ontslagen bij bedrijfseconomisch ontslag, bijvoorbeeld reorganisatie. Medewerkers met bijna dezelfde (uitwisselbare) functies worden ingedeeld in 5 leeftijdsgroepen. Doel is om de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand voor en na de ontslagronde zoveel mogelijk gelijk te houden.
Per leeftijdsgroep moet de werkgever de werknemer met het kortste dienstverband als eerste voor ontslag voordragen. Behalve als hierover in een cao regels zijn opgenomen. Als deze regels gelden, wordt het ontslag door een cao-commissie getoetst.
Bedrijfseconomische redenen voor ontslag zijn bijvoorbeeld een slechte financiële situatie van een bedrijf, structurele werkvermindering of omzetvermindering binnen een bedrijf, en technologische veranderingen.
Bij ontslag om bedrijfseconomische redenen ontslaat de werkgever eerst ingehuurd personeel zoals uitzendkrachten en zzp’ers.